

ONDERWIJS ANDERS ORGANISEREN
In Jabeek en Bingelrade vinden ze het één groot spannend avontuur
SCROLL OMLAAG
Vier teamleden van de samenwerkende basisscholen in Jabeek en Bingelrade (zie kader) gingen mee op de ‘in de bus, op de trein tour’. Boordevol inspiratie kwamen ze terug. Ze namen hun medeteamleden op sleeptouw en met ingang van volgend schooljaar beginnen beide basisscholen aan het avontuur dat ‘Onderwijs Anders Organiseren’ heet.
wat kunnen we hiervan leren?
Het aloude gezegde ‘waar het hart van vol is, loopt de mond van over’ is op dit onderwerp echt wel van toepassing. Eenmaal begonnen met vertellen, komen de leerkrachten Tamara, Monique, Inge en Kelly (zie kader) amper stop. Inge Gisberts doet de aftrap: “De beslissing om volgend schooljaar hier anders te gaan werken was al genomen. Maar hoe we dat moesten doen, dat stond nog open. We zijn alle vier vrij blanco aan de tour begonnen. We hebben zo’n bijzondere dingen gezien en meegemaakt en gevoeld… we hebben onderwijsvormen gezien waar we heel enthousiast over waren, maar zo totaal anders dan hoe wij het nu doen. In eerste instantie blijf je heel dicht bij jezelf: zo doe ik het nu, maar hoe moet dat dan straks? Gelukkig hebben we dat goed kunnen loslaten en hebben we ons opengesteld voor al het nieuwe.” Kelly viel als een blok voor het enthousiasme en de leergierigheid van de kinderen die zelfstandig werkten aan een werkstuk of een project: “Met ‘Onderwijs Anders Organiseren’ werk je vooral veel meer kindgericht. Dat wil ik ook in mijn klas, voor mijn kinderen!”
“Onderwijs Anders Organiseren is nooit een doel op zich, maar een antwoord op de vraag: welk onderwijs past het beste bij de ontwikkeling van een kind. Anno 2016 is dat aanbod anders dan decennia geleden en dat geldt zowel voor de inhoud als de presentatie van het onderwijs. Maatschappelijke ontwikkelingen en verandering van de onderwijsbehoefte kleuren het onderwijs iedere dag opnieuw en vragen om bijstelling en herijking. Kortom: het draait steeds om onderwijs op maat voor leerlingen en leerkrachten. Onderwijs Anders Organiseren kan daarin een belangrijke rol hebben als aanzet voor verandering en borging. Onze kleuters gaan met pensioen in 2080 of later. Kennis van nu is dan waarschijnlijk ‘prehistorie’. Kwaliteiten als initiatief, nieuwsgierigheid, zelf verantwoordelijkheid nemen en een goede omgang met jezelf, de ander en de wereld waarin wij leven, zijn en blijven essentieel. Een leven lang leren – en dat vooral samen en met veel werkplezier – ligt dan voor iedereen in het verschiet.”
Bert Nelissen, voorzitter College van Bestuur
Aan het woord

BS St. Gertrudis, Jabeek
– huidig schooljaar groep 3/4
– recent groep 1/2

BS St. Gertrudis, Jabeek
– groep 5/6

BS De Spil, Bingelrade
– één dag groep 5/6
– twee dagen groep 3/4I

BS De Spil, Bingelrade
– groep 5/6
snoepwinkel
De opbouw van de tour bleek slim bedacht. Vier verschillende scholen werden bezocht (zie kader): van een beetje anders tot uiteindelijk volledig anders georganiseerd. Tamara: “Als ze het andersom hadden gedaan, dan was de schok waarschijnlijk te groot geweest. Alsof je op Mars zou landen!” Maar dankzij de stapsgewijze opbouw, haakte niemand af. Sterker nog: het bezoek aan de laatste school, Mondomijn, wordt door Tamara gezien als “Eén grote snoepwinkel.” Waarop Kelly verzucht: “Veel te veel snoep!”

“Echt bezig zijn met het kind en de doelen die het kind wil bereiken. Dat is heel anders lesgeven dan voor de groep staan en de lessen van de methode goed kennen”
enthousiasme delen
Met een hoofd bomvol indrukken en inspiratie kwamen de vier leerkrachten ‘van Mars terug in Jabeek en Bingelrade’. Op de eerstvolgende gezamenlijke teambijeenkomst heeft het viertal hun enthousiasme over weten te brengen op de zes andere teamleden door hun ervaringen in geuren en kleuren te delen. De gemaakte foto’s en de persoonlijke toelichting bleken goud waard. Om nog meer te ‘snuffelen’ aan het concept bezoeken de teamleden basisscholen in de buurt die al een stapje verder zijn met ‘Onderwijs Anders Organiseren’, zoals BS St. Antonius in Schin op Geul, BS St. Stefanus in Wijnandsrade en BS De Plenkert in Valkenburg.
Advies aan alle scholen die ‘Anders Organiseren’
“Laat je inspireren, maar maak vooral je eigen keuzes. Zodra je als school, als team, de grote lijnen helder hebt, kijk dan goed rond hoe anderen dat hebben aangepakt. Je hoeft echt niet alles zelf uit te vinden.”
Mara Verstappen, bestuursadviseur onderwijs
mentor ipv klassenleerkracht
Je bent niet langer de klassenleerkracht van een groepje, maar je bent de mentor van een aantal kinderen. Je collega’s werken ook met ‘jouw’ kinderen, je overlegt met elkaar en samen deel je de verantwoordelijkheid voor ‘jullie’ kinderen.
stapje voor stapje beginnen
Zoals gezegd: de beslissing om over te stappen op ‘Onderwijs Anders Organiseren’ was voor beide scholen al genomen. De vraag die nu beantwoord moest worden, was: hoe gaan wij het aanpakken? De metafoor van de snoepwinkel blijkt aardig op te gaan. Je zou van alles wel wat willen meepikken, maar er is ook nog zoiets als gezond realisme. St. Gertrudis en De Spil voeren ‘Onderwijs Anders Organiseren’ niet in een keer radicaal in, maar beginnen na de zomervakantie in stapjes. Zo geef je alle betrokkenen – het team, de kinderen én de ouders – de tijd om te wennen en om mee te groeien. Eventjes een heel nieuw gebouw neerzetten dat aan alle wensen en eisen voldoet – kort samengevat: zonder klaslokalen, maar met veel separate werkhoeken – dat zat er niet in. Maar de scholen maakten met een kleine verbouwing wel al een beginnetje. Ze zetten drie groepen bij elkaar, vervangen de groepsleerkracht door een mentor, gaan de ochtenden werken met gezamenlijke instructie en laten vervolgens de kinderen zelfstandig werken.
we weten wat we willen
Monique: “Het is maatwerk. We weten de richting, we kennen de koers, maar we kiezen ervoor om het met kleine stapjes in te voeren en die moeten we zelf uitzoeken en ervaren.” Inge voegt eraan toe: “We hebben ook gezien wat we zeker niet willen!”
Om ‘Anders Organiseren’ in te voeren moet er veel – letterlijk – anders georganiseerd worden: schema’s maken, roosters, taken verdelen. Met elk onderdeel dat je anders gaat aanpakken, ruk je weer iets anders uit z’n verband. Dat betekende veel puzzelen de afgelopen weken, maar toen de instructieroosters klaar waren, kwam er rust en vertrouwen. Mara had dat al gezegd: “Dat is bekend. Zodra een leerkracht weet dat de instructies goed geregeld zijn, dan ontstaat er ruimte.” Tamara beaamt dat: “De kwaliteit die we nu hebben willen we minimaal behouden, liefst nog een schepje er boven op.”
wat er zoal is opgevallen…
Geen hek om de school, bijvoorbeeld. Stoelen en tafels overal op hoogte verstelbaar. En statafels! Instructie in kleine groepjes en daarna gaan de kinderen zelfstandig werken. Ze nemen hun mobiele laatje mee en hun iPad en gaan ze zitten waar ze willen. De verbinding met de natuur, geen uren stilzitten op een stoeltje, de aandacht voor het bewegen, de vakleerkrachten voor bijvoorbeeld gym die de groepsindeling voor gym maakten aan de hand van het fysieke niveau. De meerwaarde van het samen laten sporten van de beweegslimme kinderen… Kinderen konden tussen half acht ’s ochtends en half zeven ’s avonds naar school. En wie om vijf uur nog taal wilde doen, kon om vijf uur taal doen. Voor een project kwam een timmerman op school om te helpen en een groenteman kwam vertellen over zijn werk. We zagen een kind dat een groentekar aan het timmeren was.
anders organiseren? dat is ook anders werken!
Voor een ervaren leerkracht zou dat geen probleem moeten zijn, is de algemene opvatting. Het is vooral een kwestie van willen. Het moet wel bij je passen, maar dat weet je pas als je het geprobeerd hebt. En mocht het niet helemaal werken zoals verwacht, dan pas je toch gewoon iets aan? Tamara: “Op alle school die we bezochten, zeiden ze: elke leerkracht staat hier in z’n kracht doordat iedereen z’n persoonlijke kwaliteiten helemaal kan inzetten. Wie bijvoorbeeld heel goed is in feedback geven, zal een voorkeur hebben voor de begeleidende rol op het leerplein. De ander zegt: ik heb zo de rekenleerlijn in mijn hoofd, geef mij maar alle groepen voor de rekeninstructie. Het mooie aan het concept is dat leerkrachten de kans krijgen taken te kiezen die het beste bij hun passen.”
De scholen in Jabeek en Bingelrade hebben nu ook al kleine teams en combinatieklassen. De kinderen zijn gewend aan rustig zelfstandig werken. De leerkrachten kennen elkaars kinderen, de gezamenlijke verantwoordelijkheid is er nu al. Dat zijn grote voordelen. Monique: “Er is voldoende vertrouwen, voldoende grip ook. Het willen en kunnen samenwerken, de sensitiviteit naar elkaar toe, en naar de kinderen toe is belangrijk. Je hebt ze even heel intensief voor een instructie bij elkaar en dan moet je durven loslaten.”
niet alles verandert
Vooralsnog blijven ze bijvoorbeeld met de bestaande methodes werken. Gaandeweg zullen alternatieven ontstaan. De rapporten blijven, maar als je anders onderwijs gaat geven en meer projectgericht gaat werken, dan komt er een moment dat je ook anders gaat beoordelen. Cito blijft vooralsnog. Maar de leerkrachten hebben gezien dat er scholen zijn die de Cito-toets niet gebruiken als eindpunt, maar als startpunt: op welk gebied heeft dit kind nog wat extra hulp nodig? En het kindgesprek? Dat gaat er ook zeker komen: want als je kinderen het vertrouwen geeft om zelfstandig te werken aan hun leerdoelen, waarom zou je dan de voortgang alleen met de ouders bespreken?

Kelly
“Elk kind had z’n individuele doelen. Elk kind kwam tot leren doordat de intrinsieke motivatie van het kind optimaal werd ingezet. Je zag geen ADHD, geen autisme… niemand moest uren verplicht op een stoel blijven zitten. Ze liepen gewoon rond. En ze leerden toch, ze leerden enorm veel. Ze waren veel meer gemotiveerd om te leren doordat de intrinsieke motivatie van elk kind optimaal werd aangewakkerd.”

mooi, maar ook eng!
De ouders in Bingelrade en Jabeek zijn inmiddels bijgepraat over de aanstaande veranderingen. Schooldirecteur Jos Bertrand vertelt dat de reacties overwegend positief waren, maar de eerlijkheid gebiedt dat velen het ook eng vinden. Vooral de ouders van kinderen die het nu moeilijk hebben, maken zich zorgen. Zij stelden ook de meest kritische vragen. Jos: “Ik denk dat het contact tussen de leerkracht en het kind intensiever wordt, ook al ben je niet langer meer de groepsleerkracht. Je geeft instructie in kleinere groepen, je bent letterlijk dichterbij.”
Leren van en met elkaar!
“Innovatie Impuls ontwikkelt een laagdrempelige manier waarop scholen elkaar kunnen vinden en informatie kunnen uitwisselen over dit onderwerp. INNOVO wil graag in dat landelijk netwerk participeren. Maar het is natuurlijk nog veel slimmer en belangrijker om van en met elkaar te leren. Samen met de andere INNOVO-scholen maar ook met de andere Limburgse scholen.”
Mara Verstappen, bestuursadviseur onderwijs
